Open vuur

Branden in de buitenlucht brengen per definitie een risico met zich mee, omdat ze een risicobron voor brand zijn. Mogelijke gevolgen van brandstapels en paasvuren zijn:  

  • Het ontstaan van brand of schade in nabijgelegen natuur;  
  • Het ontstaan van brand of schade in een nabijgelegen object;  
  • Letsel bij aanwezige personen;  
  • Risico’s voor de gegarandeerde basisbrandweerzorg.  

Om deze risico's te verkleinen, moet een organisator rekening houden met de volgende aandachtspunten. 

De locatie 

Belangrijk is dat de ligging en afstand van de brandstapel ten opzichte van brandgevoelige objecten zorgvuldig gekozen is. Dit punt verhoudt zich nauw met de omvang van de brandstapel op zich (punt 2). Hieruit volgt dus de noodzaak voor een duidelijk tekening (op schaal) van de locatie met afstanden tot brandgevoelige objecten. Op de tekening en vergunningaanvraag moet eveneens duidelijk worden wat de inhoud en de afmetingen van de brandstapel zijn. 

De brandstapel  

De afmetingen (inhoud en hoogte) van de brandstapel is bepalend voor de af te leggen afstand van het vliegvuur en dus de veiligheidsafstanden. In figuur 1 is aangegeven wat deze veiligheidsafstanden zijn.  

Wat betreft het publiek: in het figuur valt af te lezen dat de minimale veilige afstand tot het publiek altijd 2x de hoogte van de brandstapel is. Maar, voor het benedenwindse gebied adviseren we om deze geheel af te zetten met het oog op vliegvuur en vonken.  

Een ander aandachtspunt voor de brandstapel is dat het te verbranden materiaal alleen mag bestaan uit schoon hout, snoeihout en/ of riet. Bij het aansteken en blussen van het vuur mogen geen chemische stoffen worden gebruikt.  

De windkracht en -richting 

De windsnelheid en –richting heeft een grote invloed op hoe ver het vliegvuur en de rook zich verspreiden. Indien de windsnelheid groter wordt, verspreidt de rook met het vliegvuur over een groter horizontaal oppervlak en grotere afstand. Een windkracht van 5 Beaufort wordt gezien als een maximale windsnelheid waarbij een brandstapel ontstoken kan worden.  

Tijdens de ontbranding moet men de verwachte windrichting in de gaten houden, zodat de plaats van de afzettingen in lijn blijven met de rookrichting en de benedenwindse objecten nog steeds veilig liggen.  

Bij mist is verbranding niet toegestaan.   

Het natuurbrand risico  

Het verhoogde natuurbrandrisico kan meer risico op uitbreiding met zich meebrengen. Controleer dus altijd voorafgaand aan de ontbranding de volgende websites om te kijken wat het risico is en wat de hieruit voortkomende beperkingen zijn: 

Natura 2000 

Als je binnen 500 meter van een Natura 2000-gebied een open vuur wilt ontsteken zal u daarvoor contact op moeten nemen met de provincie Fryslân. 

Vraag informatie op bij de gemeente 

Je gemeente kan hiernaast nog aanvullende voorwaarden stellen ter bevordering van de veiligheid van de organisatie en bezoekers.   

Volume (m³) 

Afstand 

Veiligheidsafstand 

Max. windkracht 

0 - 1000 

bouwwerk Pannendak 

6 x hoogte paasvuur 

5 Bft. 

 

bouwwerk met rietkap, heide en bos 

10 x hoogte paasvuur 

feesttent 

10 x hoogte paasvuur 

openbare weg 

25 m 

autosnelweg (A-wegen) 

250 m 

bovengrondse hoogspanningskabels** 

40 m 

ondergrondse buisleiding 

25 m 

publiek 

2 x hoogte paasvuur 

 

> 1000 

bouwwerk Pannendak 

150 m 

 

5 Bft. 

bouwwerk met rietkap, heide en bos 

250 m 

feesttent 

10 x hoogte paasvuur 

openbare weg 

25 m 

autosnelweg (A-wegen) 

250 m 

bovengrondse hoogspanningskabels** 

40 m 

ondergrondse buisleiding 

25 m 

publiek 

2 x hoogte paasvuur 

** indien de afstand kleiner is dan 500m moet dit gemeld worden aan de netbeheerder.