Ga naar de inhoud

Update overboord geslagen containers

21 oktober 2019

Op woensdag 16 oktober 2019 kwam het BWO+ voor de vierde keer bij elkaar. Tijdens dit overleg is met elkaar gesproken over de voortgang van de berging, het opruimen, de schadeafhandeling en de ecologische gevolgen. Hieronder wordt dit per thema toegelicht.

1. Berging (inhoud van) containers

De stand van zaken met betrekking tot de berging van (inhoud van) overboord geslagen containers was op 8 oktober 2019 als volgt:

  • In totaal zijn 342 containers van de MSC Zoe overboord geslagen. 
  • Er zijn 299 geïdentificeerde containerdelen met unieke containernummers geborgen. 
  • Bij de containerramp is naar schatting zo'n 3.200.000 kilo afval in zee beland.
  • Tot dusverre is in totaal minstens 2.424.930 kilo afval geborgen. Dit is inclusief de verwerking van de geborgen hoeveelheid aan Duitse zijde, de ingeschatte hoeveelheid lading meegenomen door particulieren (jutten) en de ingeschatte hoeveelheid afval afgevoerd in de eerste dagen, wat niet was gewogen en geregistreerd.
  • In de periode 14 t/m 21 juli heeft MSC een bergingsschip ingezet om de bij de eerste twee controle-surveys gesignaleerde lading te bergen. Op zestig plekken zijn grote objecten naar boven gehaald. Dit is afgevoerd naar Harlingen. De derde controle-survey is in de periode van 24 t/m 30 juli uitgevoerd door Rijkswaterstaat. De berging n.a.v. deze controle-survey heeft in totaal 22.920 kg opgebracht (opgenomen in subtotaal). In week 34 is de vierde controle-survey uitgevoerd. Hier moet nog een bergingsactie op volgen door MSC. Ca. 34 objecten zijn gelokaliseerd als mogelijk afkomstig van de verloren lading. Deze worden op korte termijn geborgen.
  • De survey en berging in de Duitse wateren is afgerond. Een bergingschip is hier bezig geweest met werkzaamheden, in opdracht van de Duitse collega's van Rijkswaterstaat. 

Berging door vissers en duikers

Op 2 juli 2019 is gestart met de pilot Hot Spot Net Catching. Hierbij wordt met een speciaal geprepareerd net (aangepast net met een boomkor) kleiner materiaal dat op de zeebodem ligt, opgevist. Het visserschip LO 28 heeft t/m 16 september in totaal 18.870 kg opgevist en geborgen. 

De Stichting Duik de Noordzee Schoon heeft naar eigen inschatting 500 kg opgevist (niet opgenomen in sub-totaal). Zij zijn vanuit Rijkwaterstaat ondersteund met data en hebben vooral plaatsen bezocht waar berging of vissersschepen niet kunnen komen, zoals wrakken.

Meer informatie over de berging is te vinden bij Rijkswaterstaat.

2. Schadeafhandeling

Rijkswaterstaat coördineert de schadeafhandeling voor overheidspartijen en terreinbeherende natuurorganisaties. Ook zorgt Rijkswaterstaat voor ondersteuning bij de voorbereiding van claims in verband met gemaakte kosten voor het lokaliseren, markeren en opruimen van lading van de MSC Zoe. Verder treedt Rijkswaterstaat op als penvoerder in de contacten met de verzekeraar van de MSC Zoe.

Ingediende claims

In totaal is er bijna € 3,35 miljoen aan schade geclaimd bij MSC, door 20 partijen. Deze schadeclaim bestaat uit € 2,64 miljoen van het Rijk, o.a. vanwege de inzet van groot materieel (schepen). De gemeenten en terrein beherende organisaties hebben ca. € 700.000,-  geclaimd en hiervan hebben de vijf eilandgemeenten een bedrag van € 280.000,- gedeclareerd.

Wat is er inmiddels betaald en welk bedrag staat nog open?

  • Rond 26 juni 2019 is namens MSC circa € 600.000,- betaald. Over een aantal schadeposten had (de verzekeraar van) MSC nog aanvullende vragen die moesten worden beantwoord, voordat MSC tot vergoeding kon overgaan. In juli / augustus 2019 hebben de meeste partijen de aanvullende vragen en bezwaren van de verzekeraar op hun claim beantwoord. 
  • Bij nader onderzoek bleek € 320.000 bleek dubbel te zijn geclaimd en al rechtstreeks door MSC te zijn betaald aan de betreffende bedrijven. 
  • Verder is nog eens circa € 480.000 door de betreffende partijen als claim ingetrokken.

Het totaal aan openstaande claims bedraagt nu nog € 1,93 miljoen. Het grootste deel hiervan betreft kosten die het Rijk heeft gemaakt. Hierover wordt nog onderhandeld met MSC.

Schade bij vissers

Ook vissers hebben schade geleden als gevolg van verloren lading van de MSC Zoë. De afhandeling van deze schades heeft inmiddels plaats gevonden. De vissers met aantoonbare schade door de verloren lading hebben een regeling hebben getroffen met MSC voor de vergoeding van deze schade.

Meer informatie over de schadeafhandeling is te vinden bij Rijkswaterstaat.

3. Opruimen en schoonmaken

Er wordt conform het opgestelde plan van aanpak voor het opruimen en schoonmaken gewerkt aan het zo goed mogelijk opruimen van de stranden, dijken en kwelders.

Voor aangespoelde lading is MSC nog steeds verantwoordelijk. Rijkswaterstaat coördineert dit. In het gebied zijn vier opruim-coördinatoren actief, die in rechtstreeks contact staan met BMT, de partij die het opruimen regelt voor MSC. Deze coördinatoren kunnen BMT rechtstreeks inschakelen als er lading wordt aangetroffen. 

Nabij het Rif ligt nog een container onder het zand; deze kan nu het broedseizoen voorbij is met groot materieel worden verwijderd. MSC is opgedragen de container te verwijderen.
 
Meer informatie over het opruimen en schoonmaken is te vinden bij Rijkswaterstaat.

4. Ecologische gevolgen

Het Regiecollege Waddengebied (RCW) doet in opdracht van Rijkswaterstaat onderzoek naar de ecologische gevolgen van de overboord geslagen containers. Hierbij zijn meerdere partijen betrokken, waaronder de Waddenacademie.

Op verzoek van Rijkswaterstaat heeft de Waddenacademie een advies gemaakt over hoe de lange termijneffecten van het overboord geslagen materiaal onderzocht kunnen worden. De Waddenacademie adviseert om dit onderzoek in eerste instantie te richten op microplastics en hun impact op het ecosysteem, waaronder planten en dieren, van de Waddenzee. Dit advies is overgenomen en de monitoring is gestart. Een eerste resultaat wordt in december 2019 verwacht. 

Meer informatie over het onderzoek naar de ecologische gevolgen is te vinden bij Rijkswaterstaat.