Ga naar de inhoud

BWO+ voor het eerst bij elkaar geweest

11 maart 2019

Op woensdag 6 maart 2019 kwam het Bestuurlijk Wadden Overleg+ (BWO+) van de Coördinatie Regeling Waddenzee (CRW) voor het eerst bij elkaar. In dit overleg wordt de afhandeling van de overboord geslagen containers van de MSC Zoe met alle betrokken bestuurders afgestemd. Het BWO+ heeft geconstateerd dat de afhandeling op koers ligt. De gemaakte afspraken worden door alle betrokken organisaties nagekomen en het opruimen gaat goed. Hieronder wordt dit per thema toegelicht.

Berging (inhoud van) containers

De stand van zaken met betrekking tot de berging van (inhoud van) overboord geslagen containers was op 1 maart 2019 als volgt:

  • In totaal zijn 342 containers van de MSC Zoe overboord geslagen.
  • In 2 van de overboord geslagen containers zaten gevaarlijke stoffen; deze containers zijn nog niet gevonden.
  • In het Waddenzeegebied zijn 19 containers geborgen.
  • Er zijn 185 geïdentificeerde containerdelen met unieke containernummers geborgen.
  • Veel overboord gevallen containers liggen in delen op de zeebodem van de Noordzee.
  • Naast containerdelen en lading van de MSC Zoe zijn tijdens de bergingswerkzaamheden ook andere objecten, niet afkomstig uit de containers van de MSC Zoe, boven water gehaald.
  • De survey van de verkeersbaan en de zeegaten tussen Terschelling/Vlieland, Terschelling/Ameland, Ameland/Schiermonnikoog en Schiermonnikoog/Rottumerplaat is afgerond.
  • De bergingswerkzaamheden in de verkeersbaan boven de Waddeneilanden loopt nog.

Berging door vissers

In opdracht van de verzekeraar en de reder is een aantal vissers gecontracteerd om tijdens de bergingswerkzaamheden vrijgekomen afval op te vissen. Daarnaast hebben diverse vissers aangegeven dat zij kunnen helpen bij het bergen van (de inhoud van) overboord geslagen containers. Vanwege regelgeving is dat niet mogelijk. De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) stelt eisen aan het veranderen van het gebruik van een schip. Lees op de website van het ILT meer daarover.

Meer informatie over de berging is te vinden bij Rijkswaterstaat.

Schadeafhandeling

Rijkswaterstaat coördineert de schadeafhandeling voor overheidspartijen en natuurbeherende natuurorganisaties. Ook zorgt Rijkswaterstaat voor ondersteuning bij de voorbereiding van claims in verband met gemaakte kosten voor het lokaliseren, markeren en opruimen van lading van de MSC Zoe. Verder treedt Rijkswaterstaat op als penvoerder in de contacten met de verzekeraar van de MSC Zoe.

Particulieren met schade als gevolg van de overboord geslagen containers kunnen zich melden bij hun gemeente.

Schade bij vissers

Vissers kunnen hinder ondervinden van de (inhoud van) overboord geslagen containers. Naast een onveilige werksituatie kan dit ook schade opleveren. Vissers met schade kunnen hiervoor zelf een claim indienen bij de reder. Om het indienen van schadeclaims voor vissers gemakkelijker te maken is Rijkswaterstaat in gesprek met het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, dat de belangen van vissers behartigt.

Fishing for Litter

Veel vissers nemen belangeloos deel aan het project 'Fishing for Litter' - ook al voordat de containers van de MSC Zoe overboord sloegen. Opgevist zwerfvuil wordt door de deelnemende vissers mee naar land genomen, waar het wordt ingenomen, afgevoerd, gemonitord en verwerkt. De deelnemende vissers zullen, als gevolg van het incident met de MSC Zoë, meer afval in de netten krijgen. Hoeveel meer is nog de onduidelijk. Hierdoor kunnen de kosten van het Fishing for Litter project stijgen. Dit is onderwerp van gesprek tussen Rijkswaterstaat en de eigenaar / verzekeraar van de MSC Zoë.

Meer informatie over de schadeafhandeling is te vinden bij Rijkswaterstaat.

Opruimen en schoonmaken

Er is onder coördinatie van Rijkswaterstaat een plan van aanpak voor het opruimen en schoonmaken opgesteld. Hierin zijn alle maatregelen op zee en land opgenomen.

Er zal in ieder geval 18 maanden lang worden opgeruimd en schoongemaakt, in samenwerking en in afstemming met Duitsland en Denemarken. In het plan van aanpak zijn o.a. de volgende afspraken gemaakt:

  • Waar nodig worden opruimacties gestart, al dan niet met behulp van vrijwilligers.
  • Voor het opruimen van microplastic wordt deskundig advies ingewonnen om zo tot een effectieve methode te komen. Het opruimen van de allerkleinste deeltjes plastic kan namelijk ook heel veel schade aan de natuur veroorzaken. Om dat te voorkomen wordt zorgvuldig gekeken naar de beste opruimmethode.
  • Op alle strandovergangen van de Waddeneilanden zijn speciale containers geplaatst waar bezoekers van het strand afval kunnen deponeren.

De kosten van deze maatregelen worden gedeclareerd bij de veroorzaker, de eigenaar van MSC Zoe.

Alles wat mogelijk is

Het opruimen en schoonmaken verloopt goed, al zijn alle partijen zich er ook van bewust dat nooit alles zal kunnen worden schoongemaakt. Dat komt niet alleen doordat er heel veel kleine stukjes plastic zijn verspreid, maar ook doordat (delen van) containers en de inhoud daarvan onder het zand zijn verdwenen. Door de betrokken partijen wordt al het mogelijke gedaan. Rijkswaterstaat staat in nauw contact met alle betrokken partijen.

Meer informatie over het opruimen en schoonmaken is te vinden bij Rijkswaterstaat.

Ecologische gevolgen

Het Regiecollege Waddengebied (RCW) doet in opdracht van Rijkswaterstaat onderzoek naar de ecologische gevolgen van de overboord geslagen containers.

Halverwege maart 2019 wordt de rapportage van het LNV over de dode zeekoeten verwacht.

Meer informatie over het onderzoek naar de ecologische gevolgen is te vinden bij Rijkswaterstaat.

Wat is het BWO+?

Het Bestuurlijk Waddenoverleg+ (BWO+) voert sinds 6 februari 2019 de regie over de verdere afhandeling van de gevolgen van de overboord geslagen containers van de MSC Zoë. Het BWO+ richt zich daarbij op de berging (inhoud van) containers, de schadeafhandeling en het schoonmaken/opruimen. De praktische uitvoering hiervan is belegd bij Rijkswaterstaat.

Bestuur CRW

Het BWO is het bestuur van de Coördinatie Regeling Waddenzee (CRW). In het BWO wordt de voortgang van deze drie punten besproken en afgestemd. Het BWO bestaat uit de directeuren van de Veiligheidsregio’s Fryslân, Groningen en Noord-Holland Noord, Rijkswaterstaat, de Kustwacht en drie burgemeesters die Groningen, Noord-Holland Noord en Fryslân vertegenwoordigen. Voor de bestuurlijke afstemming met betrekking tot de containers wordt het BWO uitgebreid met een vertegenwoordiger van de vier betrokken waterschappen, een vertegenwoordiger van de vier betrokken terrein beherende organisaties en een Friese ‘wal’-burgemeester. Het overleg wordt voorgezeten door dhr. Henk Jan Bolding, burgemeester van de gemeente Het Hogeland.

Samenwerkingsoverleg, geen bevoegdheden

Het BWO+ is een samenwerkingsoverleg en neemt geen bevoegdheden over. De bestuurders houden de bevoegdheden en taken van hun eigen organisatie en leggen daarover binnen hun eigen organisatie verantwoording af - dus bij hun veiligheidsregio, gemeentera(a)d(en) of minister(s).

Meer weten?
Neem dan contact op met...

  • Berging (inhoud van) containers: Rijkswaterstaat, 0800-8002
  • Schadeafhandeling: Rijkswaterstaat, 0800-8002
  • Opruimen en schoonmaken: Rijkswaterstaat, 0800-8002
  • Ecologische gevolgen: Rijkswaterstaat, 0800-8002
  • Het BWO+ / CRW: Veiligheidsregio Fryslân, 088 22 99 992

Algemene informatie over de overboord geslagen containers is op de website van Veiligheidsregio Fryslân te vinden.